Hoe drie data de toon voor de rest van 2015 zetten
16 januari 2015
Januari zou wel eens een zeer memorabele maand kunnen worden. De ECB en de Federal Reserve zullen later deze maand hun beleidsplannen voor 2015 laten doorsijpelen op respectievelijk 22 januari en 27/28 januari, de Griekse verkiezingen staan voor de deur, en veel bedrijfscijfers worden verwacht terwijl analisten voor het eerst sinds lange tijd dalende bedrijfswinsten voorspellen.
Hoe drie data de toon voor de rest van 2015 zetten
Januari zou wel eens een zeer memorabele maand kunnen worden. De ECB en de Federal Reserve zullen later deze maand hun beleidsplannen voor 2015 laten doorsijpelen op respectievelijk 22 januari en 27/28 januari, de Griekse verkiezingen staan voor de deur, en veel bedrijfscijfers worden verwacht terwijl analisten voor het eerst sinds lange tijd dalende bedrijfswinsten voorspellen. Deze maand daalde de EUR/USD al tot het laagste punt sinds 2003, stortte de olieprijs op ongekende wijze ineen, daalde de Dow Jones beursindex vijf dagen op rij en steeg de waarde van de Zwitserse frank met 20% in een dag na de knieval van de Zwitserse centrale bank. Lees verder als u wil weten wat er de komende twee weken te gebeuren staat.
Eurokoppeling Zwitsers was volstrekt onhoudbaar
Afgelopen week vergeleken we de balansen van de drie belangrijkste centrale banken. Toen concludeerden we dat de totale activa van de Fed 28% van het Amerikaanse bbp bedroegen, van de ECB 16% van het Europese bbp, en van de Bank of Japan 61% van het Japanse bbp.
Nu hebben de Zwitsers sinds 2011, toen de Zwitserse centrale bank het prijsplafond voor de frank instelde, het balanstotaal opgedreven tot 75% van het Zwitsers bbp.
Het bizarre is dat de Zwitserse nationale bank deze versgekochte euro's niet als euro's aanhield, maar massaal converteerde naar riskantere activa. De Zwitserse bank heeft zichzelf verandert in een reuzenachtig hedgefonds. Uiteraard betreft het hier een fonds dat geen verantwoording aan klanten hoeft af te leggen met beheerders die niet hun eigen geld riskeren. De bank pompte liefst $200 miljard in de markten. Ter vergelijking, het allergrootste hedgefonds ter wereld (Bridgewater Associates) heeft $78 miljard onder beheer.
Tot zover de hersenschim dat hedgefonds de wereld besturen. We leven in een wereld waarin centrale banken oppermachtig zijn, niet hedgefondsen.
Dit is niet alleen de Zwitserse centrale bank. Ook andere centrale banken mengen zich actief in de financiële markten.
Het is zelfs een publiek geheim dat centrale banken actief S&P 500-futures aankochten. Andere centrale banken kopen ook miljarden aan activa die centrale banken van oudsher nooit aankochten. Vroeger beperkte men tot zeer liquide en kortlopende wisselbrieven (bills of exchange, onvoorwaardelijke, schriftelijke betalingsopdracht), nu kopen centrale banken aandelen en hypotheekderivaten in hoeveelheden die iedere overleden econoom in zijn graf zou doen omdraaien.
We zijn bezig aan het allergrootste monetaire experiment in de geschiedenis van de wereld.
In het kielzog van de beslissing van de Zwitserse centrale banken, zijn alle ogen nu gericht op de beslissing van de ECB aanstaande donderdag. De verwachtingen zijn dusdanig hooggespannen dat iedere aankondiging van een ECB-opkoopprogramma eigenlijk alleen maar kan teleurstellen. Dat zou negatieve gevolgen voor goud kunnen hebben. Mijn inschatting kan uiteraard volstrekt verkeerd zijn, wat zou betekenen dat de goudprijs snel door kan stijgen tot $1.300 en nog veel hoger.
Het is uitgesloten dat het 'goed komt' met Griekenland
Ik zal de situatie aan u voorleggen. Griekenland heeft een schuld van €317 miljard euro. Drie kwart hiervan is in de handen van de publieke sector — het IMF, Europese overheden (direct en indirect, later meer) en de ECB.
Zoals u zich wellicht nog kunt herinneren, is de Griekse schuld al eens gesaneerd. De verliezen werden voornamelijk ten laste gelegd aan de private sector onder de belofte dat Griekenland gered zou worden door de Europese machthebbers. Daarom is het aandeel van de private sector in de Griekse schuld relatief laag.
Wanneer u aan uw buurman vraagt welk Europees land het minste rente in 2013 betaalde — Duitsland of Griekenland — zouden de meesten blindelings voor de Duitsers kiezen. Niets is minder waar. De gemiddelde rente die de Grieken in 2013 betaalden was 2,3%. De Duitsers betaalden iets meer dan 2,5%.
De verwachting dat de Griekse oppositiepartij Syriza op een verkiezingszege afstevent, betekent dat de Grieken zullen dreigen met het verlaten van de euro om verdere schuldverlichting af te dwingen.
Op wie zullen dan de verliezen vallen?
Ongeveer €142 miljard is gefinancierd door middel van de Europese Financiële Stabiliteitsfaciliteit (EFSF). Dit is een indirecte financiering. Nederland staat garant voor een deel van het door de EFSF verstrekte bedrag, maar financiert niet (of zeer weinig) direct. Het financiert Griekenland ook door middel van directe staatssteun.
Nederland staat garant voor 5,7%. Kijkend naar de hoogte van de directe staatssteun en indirecte staatssteun middels de EFSF, staat er voor Nederland meer dan €11 miljard op het spel. Dat is meer dan €1500 per werkzame Nederlander.
Griekenland staat op het punt om te vallen.
De schuldenlast loopt maar op, nu tot meer dan 160%. Het was echter de Troika (een afvaardiging van de Europese Commissie, de ECB en het IMF) die meende dat een schuld van meer dan 120% onhoudbaar was.
De rentelast kan bijna niet verder verlaagd worden (de Grieken betalen immers al minder dan de Duitsers!) en de schulden nemen alleen maar toe. Een volledige schuldsanering of een exit uit de euro is de enige uitweg. Op 25 januari vinden er nationale verkiezingen plaats in Griekenland en zullen we zien hoe de oppositieparrtij Syriza uit de bus komt.
Federal Reserve als desert
Daarna volgt de vergadering van de FOMC (het rentecomité van de Fed) op 27 en 28 januari. Ook daar kunnen we het één en ander verwachten. Analisten hopen af te kunnen leiden wanneer de rente verhoogd zal worden, al zou de Fed de recente volatiliteit wel eens als excuus kunnen gebruiken om renteverhogingen op de langere baan te schuiven.